Verplegen in de wijk

Wijkverpleging staat volop in de schijnwerpers. Begrippen als 'Rust, Reinheid en Regelmaat' zijn terug van weggeweest.

Bekijk dit dossier

Aafke Gesina van Hulst (1868-1930)

Bekijk dit dossier

Hall of Fame

Wie hebben het beroep van verpleegkundige en verzorgende groot gemaakt? Een overzicht van krachtige voorlopers...

Bekijk dit dossier

Top 25

Stoere vrouwen en een man in de zorg. Onze top 25 van vastberaden en doortastende verpleegkundigen.

Bekijk dit dossier

Verplegen in de wijk

Wijkverpleging staat volop in de schijnwerpers. Vergrijzing en bezuiniging maken dat de thuiszorg op een andere manier georganiseerd moet worden. Huishoudelijke hulp komt bij gemeenten te liggen, terwijl verpleging en verzorging een taak van de wijkverpleging blijven. De roep om de ‘ouderwetse wijkverpleegster’ weerklinkt. De vraag is dan natuurlijk wat voor iemand dat was. Lees hier alles over de geschiedenis en historie van de wijkverpleging.

1830 - 1900

Nieuwe inzichten

In de tweede helft van de 19e eeuw kreeg de medische wetenschap inzicht in het ontstaan van besmettelijke ziekten. Dit had ook invloed op de zorg aan huis. De - nog ongediplomeerde - kloosterzusters en diaconessen konden de vraag naar hulp aan huis niet meer aan.

Artsen wilden meer preventieve maatregelen op het gebied van hygiëne. De Wet op Besmettelijke Ziekten van 1872 bleek niet voldoende. Die richtte zich vooral op genezing van ziekten.

Preventie, dus het voorkomen van ziektes, stond nog in de kinderschoenen.

<
>

Preventie, een particulier initiatief

Toen bleek dat de Wet op Besmettelijke Ziekten niet voldoende was om besmettelijke ziektes te voorkomen, kwamen geneeskundige inspecteurs in Noord-Holland in actie. In 1875 richtten zij de Noord-Hollandsche Provinciale Vereeniging ‘Het Witte Kruis’ tot Afwering van Epidemische Ziekten en Hulpbetoon tijdens Epidemieën op. Deze koepelorganisatie kwam voort uit tien plaatselijke particuliere verenigingen, met Hilversum als voortrekker. Het Witte Kruis richtte zich op voorlichting over gezondheid en hygiëne, ontsmettingsactiviteiten en bestrijding van pokken. Er kwamen magazijnen met matrassen, lakens, dekens, urinalen en andere benodigdheden voor de thuisverpleging.

<
>

Tinnen urinaal of 'piskannetje'

De oudste modellen urinaal waren gemaakt van tin. Dit urinaal is een staand model. Niet alleen om hem rechtop te kunnen neerzetten maar omdat in die tijd voor het gebruik een knielende houding in bed de gewoonte was. De zieke moest daarbij echter wel ondersteund worden. Bij dit voorwerp hoort een bijzonder verhaal, ...

... uit de herinneringen van verpleegkundige An Poot: 'Ik was op visite bij een oude tante Anna wonend op een kleine boerderij met een ongetrouwde neef. Tante Anna had voordien altijd voor haar oude moeder gezorgd, die 89 jaar is geworden. Opoe heette ook Anna, ik ben dus naar haar vernoemd. Maar na haar dood, vond tante Anna dat ik naar haar vernoemd zou zijn. Ik had zogezegd een streepje voor. Ik was al in de verpleging, vermoedelijk pas 20 jaar. Zij ging er van uit dat ik veel kennis bezat! Op een dag was ik bij haar op visite en zag ik op een tafeltje dat kannetje staan. Ik vroeg haar: tante, hoe komt u aan dit bijzondere kannetje? Zij keek mij ongelovig aan en zei: jij bent toch zuster, weet jij niet wat dit voor een kannetje is? Nee, zei ik, ik dacht dat het een bijzonder tinnen vaasje was. Nou, zei ze, jullie zullen in het ziekenhuis er wel een andere naam aan geven, maar wij noemden dit altijd een : 'PISKANNETJE'. Later mag je van mij erven. Maar toen ik afscheid nam, zei ze: neem het nu maar mee! Dat is het verhaal dat erbij hoort.'


Periode
  • Van 1800 tot 1920





<
>

Lientje de Bussy-Kruysse (1858-1937)

Lientje de Bussy-Kruysse was een van Nederlands eerste gediplomeerde verpleegsters. Haar grote verdienste is geweest dat zij kennis over de wijkverpleging in Nederland heeft geïntroduceerd. Het Britse model was hierbij haar voorbeeld. 

<
>

Kruisverenigingen in alle kleuren

In navolging van Noord-Holland ontstond ook in andere provincies behoefte aan kruisverenigingen. Notabelen richtten in 1900 de eerste plaatselijke neutrale Groene Kruisvereniging op als liefdadigheidsorganisatie. Provinciale afdelingen en de overkoepelende Algemene Nederlandse Vereniging Het Groene Kruis (ANV) volgden. Het katholieke Wit-Gele Kruis zag in 1916 het licht. In 1946 besloot de Bond van Protestants-Christelijke Verenigingen – een samenwerking van protestantse wijkverenigingen – verder te gaan onder de naam Oranje-Groene Kruis. Veel bestaande verenigingen sloten zich aan bij de kruisverenigingen, anderen bleven zelfstandig. Zo ontstond een netwerk van kruisverenigingen over heel Nederland. Een belangrijke schakel in dit netwerk was de wijkverpleegster.

<
>

De pop van zuster Stieltjes

Een wijkverpleegkundige met een pop, als ambassadeur van het vak.

Bekijk dit dossier

1900 - 1950

Aafke Gesina van Hulst (1868-1930)

Aafke Gesina van Hulst is de pionier van de wijkverpleging in Nederland. In 1894 begon zij met wijkverpleging op de kaart te zetten. Twee jaar later richtte zij een vereniging op die in 1902 aansluiting vond bij het Groene Kruis.

Aafke Gesina van Hulst (1868-1930)

Aafke Gesina van Hulst is de pionier van de wijkverpleging in Nederland. In 1894 begon zij in Harlingen met een vorm van wijkverpleging. 2 jaar later richtte zij een vereniging op die in 1902 aansluiting vond bij de Vereniging het Groene Kruis. Dankzij haar inzet verspreidde het Groene Kruis zich over heel Friesland. 

<
>

Groepsportret van de eerste cursus wijkverpleging, met rechts Aafke Gesina van Hulst en naast haar ds. Fleischer

<
>

Sociale afkomst

Aafke Gesina van Hulst (of ‘Sien’ zoals haar familie haar noemde) kwam op 28 januari 1868 als domineesdochter in Harlingen ter wereld. Zij groeide op binnen een vooraanstaande familie die zeer betrokken was bij de gemeente en zich inzette voor de arme gezinnen van Harlingen. Dat Aafke van Hulst opgroeide in een doopsgezind milieu heeft zeker bijgedragen aan haar grote gevoel van sociale rechtvaardigheid, haar soberheid, en misschien ook wel aan het feit dat ze een beetje uit de hoogte was.

<
>

Cursusboek bakeren

Geschreven door Aafke Gesina van Hulst en uitgegeven door de Provinciale Friesche Vereeniging Het Groene Kruis. Er moeten van dit boek zeer veel exemplaren in omloop zijn geweest want de 13e druk uit 1928 draagt de vermelding 14e duizendtal. Toch is hiervan vrijwel niets bewaard gebleven. Er zijn geen exemplaren ...

... meer aanwezig in Nederlandse bibliotheken. Het Florence Nightingale Instituut bezit naast de uitgaven uit 1914, 1918, 1922 en 1928 ook de eerste druk uit 1904. Hierin is een door Aafke zelf met de hand geschreven pagina geplakt, met een aanvulling bij de paragraaf over het gebruik van zuigflessen. De pagina is ondertekend met 'Harlingen december 1904' en haar naam.

 


Periode
  • Van 1904 tot 1928





<
>

Eigen initiatief

Aafke van Hulst begon haar werk in de wijk in 1894, nog voor dat de Vereniging Het Groene Kruis was opgericht. Wijkverpleging als georganiseerd beroep was in Nederland, in tegenstelling tot in Engeland, nog een vrij onbekend fenomeen. Geïnspireerd door huisarts dr. P.H. van Eden startte Aafke op eigen initiatief met wijkverpleging in Harlingen. Van hem leerde zij veel over het verplegen van zieken. Hij steunde haar in haar werkzaamheden en beiden waren zij groot voorstander van ‘huisverpleeging door gediplomeerde zusters’. Ook in andere delen van Nederland, bijvoorbeeld in Rotterdam, begon men op die manier met wijkverpleging. Ongewoon was wel dat Aafke Van Hulst dit geheel op eigen houtje deed en dus niet vanuit georganiseerd verband.

<
>

Het Groene Kruis

Aafke had haar hart verpand aan het Groene Kruis en met veel toewijding en een stuk eigenwijsheid zette ze deze vereniging in Harlingen, in de rest van Friesland en later in heel Nederland op de kaart. Deze tegendraadse vrouw haalde haar inspiratie uit het buitenland. In een tijd dat de wijkverpleging in Nederland nog in de kinderschoenen stond, was Aafke met haar initiatieven haar tijd ver vooruit. Hoe heeft ‘juffrouw Van Hulst’ - zoals ze zich graag liet noemen - bijgedragen aan het ontstaan van het beroep van wijkverpleegster?

 

 

<
>

Tegenwerking

Niet iedereen was gecharmeerd van de initiatieven van Aafke van Hulst. Met name medici zagen wijkverpleging als een (financiële) bedreiging en als regelrechte concurrentie voor instellings- en gestichtverpleging. Haar doel was echter om de patiënt thuis dezelfde kwaliteit van zorg te geven als in het ziekenhuis. Het was daarbij altijd haar opzet om de verpleging thuis te laten aansluiten aan ziekenhuisverpleging of huisverpleging aan te bieden wanneer ziekenhuisopname niet mogelijk was. Omstanders zagen dat anders. Vooral bestuurders en de directie van zorginstellingen in Harlingen bekritiseerden haar opvattingen voortdurend.

<
>

Verplegen in de wijk

Wijkverpleging staat volop in de schijnwerpers. Begrippen als 'Rust, Reinheid en Regelmaat' zijn terug van weggeweest.

Bekijk dit dossier

Hall of Fame

Wie zijn ze, die vrouwen en mannen uit de geschiedenis die het beroep van verpleegkundige en verzorgende groot gemaakt hebben? Natuurlijk kent iedereen Florence Nightingale wel, maar al die andere ambassadeurs en voorbeelden verdienen ook onze aandacht. Hier zijn ze!

- A t/m H -

Bets Bilgen (1906-1996)

Bets Bilgen was als verpleegkundige vooral georienteerd op de praktijk. Ze wist wetenschappelijke theorieën een praktische invulling te geven, waarmee de verpleging als vak vooruit kwam. Haar scherpe inzicht en arbeidsethos waren voor velen een inspiratiebron.

<
>

Jeltje de Bosch Kemper (1836-1916)

Jeltje de Bosch Kemper werd op 28 april 1836 geboren in Amsterdam. Het was destijds niet gebruikelijk dat beschaafde meisjes werkten of studeerden. Maar Jeltje stortte zich op de verbetering van de maatschappelijke positie van vrouwen, omdat ze zich nuttig wilde maken.

<
>

Lientje de Bussy-Kruysse (1858-1937)

Lientje de Bussy-Kruysse was een van Nederlands eerste gediplomeerde verpleegsters. Haar grote verdienste is geweest dat zij kennis over de wijkverpleging in Nederland heeft geïntroduceerd. Het Britse model was hierbij haar voorbeeld. 

<
>

Marianne van Driel Krol (1920-2003)

Marianne van Driel Krol zette zich in voor één brede basisopleiding voor verpleegkundigen. Haar initiatieven op het gebied van wet- en regelgeving waren doorslaggevend voor de ontwikkeling van de verpleegkunde in de 20e eeuw.

<
>

Bep Engelberts (1898-1965)

Bep Engelberts werkte tijdens WO II als verpleegkundige in Nederlands-Indië. Daar was ze een voorbeeld voor velen en een onmisbare steun voor de artsen met wie ze werkte. Ze ontving op 17 augustus 1959 de Florence Nightingale Medaille. 

<
>

Aafke Gesina van Hulst (1868-1930)

Aafke Gesina van Hulst is de pionier van de wijkverpleging in Nederland. In 1894 begon zij in Harlingen met een vorm van wijkverpleging. 2 jaar later richtte zij een vereniging op die in 1902 aansluiting vond bij de Vereniging het Groene Kruis. Dankzij haar inzet verspreidde het Groene Kruis zich over heel Friesland. 

<
>
- M t/m V -

Top 25

De 130-jarige ontwikkeling van het verpleegkundig beroep heeft veel vastberaden en doortastende verpleegkundigen voortgebracht. In de meeste gevallen betreft het vrouwen, hier en daar een man. Zonder al die andere verpleegkundigen tekort te willen doen, zijn hier 25 opvallende toppers. Ze blinken uit in creativiteit, moed of belezenheid.

25 toppers in alfabetische volgorde

Claartje van Aals (1922-1943)

Claartje van Aals was van 1940 tot 1943 verpleegster in het Joods psychiatrisch ziekenhuis 'Het Apeldoornsche Bosch'. Naarmate de oorlog vorderde, kwam Claartje, van joodse huize, steeds meer in het nauw. Patienten en personeel werden op 21 januari 1943 weggevoerd.  

<
>

Cornelia (Corrie) Baas (1944-2002)

Corrie Baas was in 1991 als verpleegkundige verantwoordelijk voor de triage op de Eerste Hulpafdeling van het Rode Kruisziekenhuis te Kabul  in Afghanistan. Ondanks de dreigende situatie daar keerde ze in 1992 terug om haar werk voort te zetten. Ze kreeg op 4 februari 1994 de Florence Nightingale medaille. 

 

<
>

Jan Bastiaanse (1950-1997)

Jan Bastiaanse werkte als verpleegkundige lange tijd in het ziekenhuis, waar hij zich inzette voor Integrerend Verplegen. In 1993 werd hij de eerste directeur van het Landelijk Centrum Verpleging en Verzorging, het LCVV. Hij vond dat de oprichting van het LCVV een mijlpaal in de geschiedenis van de verpleging.

<
>

Anneke van den Bergh-Braam (1927-2014)

Anneke van den Bergh-Braam begon haar carriere als verpleegkundige. Ze studeerde vervolgens sociologie, waarna een promotie volgde. Ze werd de eerste hoogleraar Verplegingswetenschap in Nederland en produceerde diverse succesvolle leerboeken.

<
>

Bets Bilgen (1906-1996)

Bets Bilgen was als verpleegkundige vooral georienteerd op de praktijk. Ze wist wetenschappelijke theorieën een praktische invulling te geven, waarmee de verpleging als vak vooruit kwam. Haar scherpe inzicht en arbeidsethos waren voor velen een inspiratiebron.

<
>

Bien van den Brink-Tjebbes (1924-2014)

Bien van den Brink was als verpleegkundige en staffunctionaris werkzaam bij de Inspectie voor de Gezondheidzorg.  Ze ontwikkelde vanaf de jaren ’60 als eerste in Nederland een wetenschappelijke theorie over verplegen. Het begrip zelfzorg en holisme staan hierbij centraal. 

<
>

Lientje de Bussy-Kruysse (1858-1937)

Lientje de Bussy-Kruysse was een van Nederlands eerste gediplomeerde verpleegsters. Haar grote verdienste is geweest dat zij kennis over de wijkverpleging in Nederland heeft geïntroduceerd. Het Britse model was hierbij haar voorbeeld. 

<
>

Beantwoord deze vraag en ontdek welke themadossiers voor jou interessant zijn.

De voor jou geselecteerde dossiers verschijnen naast elkaar. Je kunt via het pijltje in de rode balk aan de zijkant van het dossier verder klikken.

Verberg Ontdek wat deze site jou te bieden heeft