Voortrekkers, pioniers en rolmodellen

De verpleegkunde heeft zich sinds 1850 ontwikkeld dankzij de werkkracht van duizenden vrouwen en mannen. Hun namen zijn onbekend. Soms waren er verpleegkundigen die vooruitstrevende ideeën hadden of die een nieuwe weg in durfden te slaan. Zij staken hun nek uit en staan daarmee aan de basis van nieuwe ontwikkelingen. In dit dossier geven we deze voortrekkers een podium. Lees hier wat deze pioniers betekend hebben voor de professionalisering van de verpleegkunde.

Lammie Hadders (1931-2015)

Lammie Hadders was verpleegkundige, docent en een van de grondleggers van de hbo-v in Groningen. In 1992 ontving zij een koninklijke onderscheiding als dank voor haar zeer betekenisvolle carriere. 

<
>

De loopbaan van Lammie Hadders

Lammie Hadders werd op 1 april 1931 geboren in het Drentse Benneveld. Hadders startte in 1955 met de A-opleiding in het St. Elisabeth Gasthuis te Haarle. In 1959 behaalde zij haar diploma, waaraan zij vervolgens ook de kraamaantekening toevoegde. In 1960 ging Hadders aan de slag in het Academisch Ziekenhuis Groningen als hoofdverpleegkundige van het beademingscentrum en infectiepaviljoen. In 1967 vertrok Hadders naar de Verenigde Staten om haar ‘blikveld te verruimen’, aldus Hadders in een interview in 2011.

Anderhalf jaar later keerde zij terug naar Nederland en behaalde in het Amsterdamse Binnengasthuis het B-diploma. Vervolgens volgde Hadders de mentrixcursus in het Academisch Ziekenhuis te Utrecht en ging zij werken in het Groningse Diaconessenhuis als hoofd verplegingsdienst.
Hadders stond aan de basis van de Groningse hbo-v. Vanaf de start in 1978 was zij daar docent en vele jaren directeur. Zij ontving in 1992 de Koninklijke onderscheiding Ridder in de Orde van Oranje-Nassau, verleend vanwege haar rol als oud-directeur van de afdeling Verpleegkunde van de sector gezondheidszorg van de Rijkshogeschool te Groningen.
Evelyn Finnema, Chief Nursing Officer, herinnert haar anno 2023 als “een bijzondere vrouw. Zij was nog directeur van de hbo-v toen ik in 1986 begon en gaf aan alle eerstejaars het openingscollege. Een indrukwekkende persoon waar alle studenten diep in hun hart een beetje bang voor waren. Waar het college over ging? Geen idee, ik weet alleen nog dat ze begon met de bepaald niet hoopgevende zin dat we nu nog enthousiast waren, maar dat na 4 jaar de helft zou zijn afgevallen en gestopt. Volgens mij viel dit gelukkig uiteindelijk wel mee, maar haar boodschap is mij altijd bijgebleven en is vandaag de dag actueler dan ooit”.
Vroukje Admiraal vertelt over Hadders: “ik werkte eerst samen met haar bij de opleiding in het Diaconessenhuis. Later solliciteerde ik op 1 april 1981 (Lammie haar 50e verjaardag) bij haar naar de functie docent verpleegkunde. Ik heb ook daar weer plezierig met haar samengewerkt. Ze woonde meerdere bijeenkomsten van de ICN international Council of Nurses bij o.a. in Taiwan”.
Peter Koopman zegt over haar: Ik leerde Lammie kennen in 1978 als hoofd van de pas opgerichte HBOV te Groningen. Als verpleegkundig directeur van Reigersdaal te Heerhugowaard een zorginstelling voor verstandelijk gehandicapten zocht ik aansluiting om stageplaatsen voor HBOV-ers te gaan bieden. De HBOV Amstelveen vond dat werkveld niet specifiek verpleegkundig gericht (!) en verleende geen medewerking. Ik wist dat dit werkveld expliciet wel was opgenomen bij de start van de HBOV in 1972 . En Lammie wilde ons helpen, dus vanuit Groningen kregen we in Noord Holland studenten uit Groningen. Later werd Dick Twisk één van de HBOV-ers van Reigersdaal lid van de eerste officiële evaluatiecommissie HBOV. Lammie kan daarmee ook in de eregalerij gezet worden van verpleegkundigen, die de meer pedagogische accentuering binnen het basisverpleegkundig beroep bevorderde. Lammie wist dat veel bewoners kampen met ernstige meervoudige handicaps. Dus ook somatisch verpleegkundige opgaven, ook psychiatrisch verpleegkundige opgaven naast orthopedagogische opgaven c.q. begeleidingskwaliteiten”.
Lammie Hadders was lid van de Den Treekgroep, een netwerk van invloedrijke verpleegkundigen. Oud voorzitter van die groep, Hanneke Hillmann, vertelt over Hadders: “Ze was naast een goede verpleegkundige ook heel erg aardig. Ik heb op haar verzoek bij haar afscheid in december 1991 een speech gehouden. Wat ik me wel herinner en bijzonder vond was dat haar beide ouders daar ook nog bij aanwezig waren”.
Lammie Hadders werkte verder aan projecten in Oost Europa. Zij had altijd veel zorg voor haar ouders ondanks dat ze in Groningen woondew. Van 1998-2012 was ze weer woonachtig in Benneveld en bleef sociaal zeer actief onder andere voor de Kerk in Zweeloo.
Ze overleed op 15 februari 2015 in het Aleida Kramer huis te Coevorden.
Haar broer was jarenlang eigenaar van de boerderij aan de Mepperstraat 11, tegenwoordig bekend als het Buitengasthuis.

Meer weten over het ontstaan van de hbo-v Groningen: https://www.burola.nl/wp-content/uploads/2023/03/Het-ontstaan-vd-Academie-Gezondheidszorg-Noord-Nederland.pdf

<
>

J. C. (Jeanne) van Lanschot Hubrecht (1865- 1918)

Jeanne van Lanschot Hubrecht was een kritische, strijdlustige verpleegster uit de begin periode van de professionalisering van het beroep. Ze was actief bij de vakbond Nosokómos, liet zich horen op het internationale podium en speelde een belangrijke rol bij de strijd voor vrouwenkiesrecht.

<
>

De loopbaan van Jeanne

Jeanne Carolina van Lanschot kwam op 18 juni 1865 in Breda ter wereld. Over haar jeugd en opleiding is weinig tot niets bekend. Haar opleiding heeft zij -waarschijnlijk - als la Soeur in Zwitserland gevolgd, in het tegenwoordige universitaire ziekenhuis van Lausanne. Van 1904 tot 1905 is Van Lanschot Hubrecht secretaris van Nosokómos, de Nederlandse Vereniging tot Bevordering van de Belangen van Verpleegsters en Verplegers, opgericht in 1900. Nosokómos is de tegenhanger van de Nederlandsche Bond voor Ziekenverpleging die zeven jaar eerder, in 1893, is opgericht. Ondanks de tegenwerking van deze door artsen gedomineerde Bond groeit Nosokómos uit tot een krachtige en vooral kritische organisatie. Onder leiding van Van Lanschot Hubrecht ontwikkelen zich initiatieven als een eigen tijdschrift Nosokomos, een centraal bureau voor particuliere verpleging en een pensioenfonds. 

Na haar secretaresseschap publiceert zij tot 1912 meerdere artikelen in het orgaan van de Nederlandse Vereniging, Nosokómos (1900-1928) en pleit zij voor een soort particuliere opleiding waarmee zij heeft kennis gemaakt in het buitenland. Dit soort opleidingen waren echter duur en slechts weinig verpleegkundigen konden het lesgeld betalen. Tussen 1912 en 1916 wordt zij vier keer gekozen tot presidente van de Nosokómos. In die tijd pleit ze continu voor een staatsopleiding en staatsexamens voor de verpleging.

International 

In 1899 wordt de International Council of Nurses (ICN) opgericht. De Nederlandse verpleging wil graag lid worden van deze belangrijke organisatie en stuurt in 1907 zowel een delegatie van de Nederlandsche Bond als van Nosokómos – met Van Lanschot Hubrecht als één van de afgevaardigden. Er kan echter maar één organisatie per land lid zijn. De ICN kiest voor Nosokómos, omdat die bond uitsluitend bestuurd wordt door verplegers en verpleegsters zelf. Van Lanschot Hubrecht is vanaf dat moment internationaal in beeld en nauw betrokken bij de ICN. Zo wordt ze op 25 juli 1909 gekozen als secretaresse, onder Mrs. Hampton Robb, de voorzitter. Na de dood van Hampton Robb in 1910 neemt van Lanschot Hubrecht haar voorzitterschap over.

Vrouwenkiesrecht en vrede 

Naast haar werk voor de vakbond Nosokómos en de ICN is Van Lanschot ook actief in de beweging die zich sterk maakt voor het kiesrecht voor vrouwen. Samen met Aletta Jacobs, een goede vriendin, reist ze stad en land af om te pleiten voor vrouwenkiesrecht. Met haar rijzige gestalte is zij op foto’s uit die tijd meteen te herkennen. Tijdens de Eerste Wereldoorlog steekt ze haar nek uit door openlijk te pleiten voor vrede. Ze is van mening dat medici en verpleegkundigen massaal werk zouden moeten weigeren om zo te oorlog te bekorten. Deze visie wordt haar bepaald niet in dank afgenomen door de medische en verpleegkundige beroepsgroep.

Sterke wil 

In 1918 sterft Van Lanschot Hubrecht in het Emma Kinderziekenhuis te Amsterdam, vermoedelijk aan de gevolgen van de Spaansche Griep. Volgens een vooraanstaand lid had de vakbond Nosokómos met haar dood haar ziel verloren. Door haar vroege overlijden heeft ze de doelen die ze nastreefde, zoals vrouwenkiesrecht en staatsinmenging in de verpleging, niet meer kunnen waarmaken. De vrouwenbeweging en Nosokómos verloren in 1918 een krachtige persoonlijkheid met een sterke wil om zaken die haars inziens onrechtvaardig of onacceptabel waren, te veranderen. Jeanne van Lanschot Hubrecht heeft met haar kritische instelling een onmisbare rol gespeeld in het bewustwordingsproces van de verpleegkundige beroepsgroep van verpleegkundigen.

<
>

Claartje van Aals (1922-1943)

Claartje van Aals was van 1940 tot 1943 verpleegster in het Joods psychiatrisch ziekenhuis 'Het Apeldoornsche Bosch'. Naarmate de oorlog vorderde, kwam Claartje, van joodse huize, steeds meer in het nauw. Patienten en personeel werden op 21 januari 1943 weggevoerd.  

<
>

Home

Welkom op de website van het FNI. Hier vind je allerlei themadossiers over de geschiedenis van de verpleging en verzorging. Ontdek hoe het vak zich door de jaren heen ontwikkeld heeft. Maak kennis met belangrijke vrouwen uit het vak. En deel deze informatie met anderen.

De wijkverpleegkundige: Van alle markten thuis!

Deze tentoonstelling laat de diversiteit van het beroep zien en benadrukt de zichtbaarheid van verpleegkundigen.

Bekijk dit dossier

Van verbandmeester tot verpleegkundige

Fabriekszuster, verbandmeester, arboverpleegkundige. Dit beroep kent door de tijd heen veel namen...

Bekijk dit dossier

Kitty Verbeek (1919–2007)

Bekijk dit dossier

Aan het front van de samenleving

Lees in deze tentoonstelling over het cruciale werk van verpleegkundigen en verzorgenden ... aan het front van de samenleving!

Bekijk dit dossier

Kraamzorg thuis

In Nederland was thuis bevallen de normaalste zaak van de wereld, ook nadat in andere westerse landen de medicalisering van de geboorte toenam. Nederlandse vrouwen kregen hun baby lange tijd liever thuis dan in het ziekenhuis. De kraamzorg heeft dus een lange historie.Toch daalt het aantal thuisbevallingen aanzienlijk. Hoe gaat dat verder en wat betekent die afname voor het beroep van kraamverzorgende? In dit dossier vind je de geschiedenis van de kraamzorg vroeger en nu.

Hall of Fame

Wie zijn ze, die vrouwen en mannen uit de geschiedenis die het beroep van verpleegkundige en verzorgende groot gemaakt hebben? Natuurlijk kent iedereen Florence Nightingale wel, maar al die andere ambassadeurs en voorbeelden verdienen ook onze aandacht. Hier zijn ze!

Verplegen in de wijk

Wijkverpleging staat volop in de schijnwerpers. Vergrijzing en bezuiniging maken dat de thuiszorg op een andere manier georganiseerd moet worden. Huishoudelijke hulp komt bij gemeenten te liggen, terwijl verpleging en verzorging een taak van de wijkverpleging blijven. De roep om de ‘ouderwetse wijkverpleegster’ weerklinkt. De vraag is dan natuurlijk wat voor iemand dat was. Lees hier alles over de geschiedenis en historie van de wijkverpleging.

Verplegen in het ziekenhuis

Waar verplegen we de patiënt. Thuis of in het ziekenhuis? Tegenwoordig worden patiënten - onder andere uit kostenoverwegingen - eerder naar huis gestuurd dan 25 jaar geleden. Verpleegkundigen krijgen daarom steeds meer alleen met ernstige zieken te maken. Hoe was dat in de 19e en de 20e eeuw? Hoe zagen ziekenhuizen er uit? Bestonden verpleegkundigen al en wat deden ze toen? Lees hier alles over de geschiedenis en de historie van het ziekenhuis.

De GGZ

Mensen met psychische stoornissen blijven tegenwoordig zo lang mogelijk thuis wonen. Ze worden ambulant behandeld of zelfs via internet. Patiënten heten cliënten. Oppassers en bewaarders hebben plaatsgemaakt voor verpleegkundigen of verpleegkundig specialisten in de GGZ. Lees hier meer over de geschiedenis en de historie van de GGZ.

Verplegen in de Z

Eeuwenlang zijn termen voor verstandelijk gehandicapten en psychiatrische patiënten door elkaar gebruikt. De haast eindeloze opsomming varieert van zwakzinnigen tot idioten, debielen, imbecielen, achterlijken, onvolwaardigen, onmaatschappelijken, onnozelen, waanzinnigen, gekken en dwazen. Bij verstandelijk gehandicapten of zwakzinnigen is er altijd sprake van gebrekkige verstandelijke vermogens. Het is een groep die niet of moeilijk voor zichzelf kan zorgen. De kwetsbaarheid is gebleven, maar tegenwoordig spreken we over ‘mensen met mogelijkheden’. Hoe komt dat zo? Lees hier alles over de geschiedenis en historie van de zorg voor verstandelijk gehandicapten.

Gezinszorg

De professional die organisatorische taken in een gezin overneemt, heet sinds 1997 verzorgende of helpende. Ook namen als thuisbegeleidster, ouderenhelpster of gezinshulp komen voor. Ze zijn afgeleid van de beroepsbeoefenaren die vanaf begin 20e eeuw in de gezinsverzorging werkzaam waren. Zij waren de praktische vervangsters van moeders, die hun taken in het gezin niet konden vervullen. Er werden hoge eisen aan hen gesteld. Hoe is het beroep van huisverzorgster - zoals de gezinsverzorgende vroeger heette - veranderd? Lees hier alles over de geschiedenis en de historie van de gezinszorg.

1895 - 1945

Particulier initiatief

In de 19e eeuw was de zorg voor het gezin de taak van de moeder. Als zij ziek was, had dat vaak dramatische gevolgen. Het grootste risico liepen arme huishoudens waar de vader en moeder allebei moesten werken. Het inkomen viel weg en het huishouden ontspoorde. Om ontwrichting van die gezinnen te voorkomen, riepen vermogende particulieren vanaf 1895 verenigingen in het leven. De eerste was ‘Hulp in het Huisgezin’ in Deventer en daarna volgden initiatieven in andere steden in hoog tempo. Ook de verzuilde kruisverenigingen, die vanaf het eind van de 19e eeuw het licht zagen, richtten zich op verbetering van verzorging van het gezin.

<
>

Canon van de gezinszorg

Een overzicht van de lange geschiedenis van de gezinsverzorging.

Bekijk dit dossier

’Hulp in de Huishouding’

Deze helpster van de Katholieke Vereniging ‘Hulp in de Huishouding’ vervangt de moeder in het gezin. Ze schenkt koffie voor vader en verstelt tussen de bedrijven door het linnengoed met de Singer naaimachine. Het kindje kijkt onwennig naar deze rijzige dame in wit uniform.


Periode
  • Van 1939 tot 1940





<
>

Handnaaimachine

De komst van de naaimachine verlichtte het werk van gezinsverzorgsters enorm. Het stoppen van sokken en kousen bleef een hele klus, maar dankzij de handnaaimachines, waarvan het merk Singer buitengewoon populair was, konden intensieve naaiklussen en verstelwerk sneller uitgevoerd worden. Tijdens de opleiding kwam ...

... het werk met hand- of trapnaaimachine ook aan bod. Men moest stukjes in lakens, overalls of blousjes kunnen zetten, en geblokte of gebloemde stoffen op een goede manier kunnen verstellen.


Periode
  • Van 1880 tot 1940





<
>

Beantwoord deze vraag en ontdek welke themadossiers voor jou interessant zijn.

De voor jou geselecteerde dossiers verschijnen naast elkaar. Je kunt via het pijltje in de rode balk aan de zijkant van het dossier verder klikken.

Verberg Ontdek wat deze site jou te bieden heeft