Marianne van Driel Krol (1920-2003)

Bekijk dit dossier

Marianne van Driel Krol (1920-2003)

Marianne van Driel Krol werd in 1920 in Haarlem geboren. Zij zette zich in voor één brede basisopleiding voor verpleegkundigen. Haar initiatieven op het gebied van wet- en regelgeving waren doorslaggevend voor de ontwikkeling van de verpleegkunde in de 20e eeuw .

Marianne van Driel Krol (1920-2003)

Marianne van Driel Krol zette zich in voor één brede basisopleiding voor verpleegkundigen. Haar initiatieven op het gebied van wet- en regelgeving waren doorslaggevend voor de ontwikkeling van de verpleegkunde in de 20e eeuw.

<
>

A-diploma Van Driel Krol

A-diploma, uitgereikt op 21 juni 1949, na een opleiding in het St. Elisabeth Ziekenhuis of Groote Gasthuis te Haarlem.


Periode
  • 1949





<
>

Het begin van haar carrière

Marianne van Driel Krol kon door de Tweede Wereldoorlog haar studie medicijnen niet afmaken en daarom begon ze in 1946 op 26-jarige leeftijd aan de opleiding Ziekenverpleging A in het Elisabeth Ziekenhuis in Haarlem. Daarna volg de B-opleiding en een opleiding tot wijkverpleegkundige in het Wilhelmina Gasthuis in Amsterdam. Ze werkte enkele jaren als districtverpleegkundige voor tuberculosebestrijding in IJmuiden. Aan het eind van de jaren ’50 maakte ze de overstap naar het verpleegkundig onderwijs en werkte ze twee jaar als hoofdverpleegster-docente in ‘Meer en Bosch’ in Heemstede. In 1955 werd ze voorzitter van het hoofdbestuur van de Nationale Bond van Verplegenden en bestuurslid van de International Council of Nurses (ICN).

<
>

Rapport over een patiënt

Het rapport is ingevuld en ondertekend door Marianne van Driel Krol op 25 september 1950. Het beschrijft de waarnemingen bij een patiënt met een toeval.


Periode
  • 1950





<
>

Brede basisopleiding

Marianne zette zich in voor één brede basisopleiding voor verpleegkundigen. Omdat in haar ogen de verpleegkundige zorg gebaseerd moest zijn op een integrale benadering van de zorgvrager. De positie van verpleegkundigen lag Marianne na aan het hart en zij pleitte dan ook voor een wettelijk kader. Haar ‘Taak van de Verpleegkundige’, geschreven als advies van de Centrale Raad voor de Volksgezondheid, was de eerste stap naar het ‘Profiel van de Verpleegkundige’ en naar rapporten over de juridische aspecten van de beroepsuitoefening. Deze rapporten hebben uiteindelijk geleid tot regelgeving in de Wet BIG. Het gevolg van deze wet was een maatschappelijke legitimering van de verpleegkunde en verpleegkundigen en andere (para)medische beroepen.

<
>

Marianne van Driel Krol krijgt de Jeltje de Bosch Kemper-onderscheiding, 1977

<
>

Bestuurlijke functies

Vanaf 1961 bekleedde Marianne een landelijke functie als beleidsmedewerkster bij de Federatie, de toenmalige koepelorganisatie van de drie beroepsorganisaties voor verpleegkundigen in Nederland. Van 1968 tot 1972 werkte ze bij de overheid, waarna ze gevraagd werd als hoofd van de afdeling Verplegende en Verzorgende Beroepen bij het Staatstoezicht op de Volksgezondheid. Ze vond de lijn van de Inspectie echter te vaag en daarom nam ze ontslag. 

 In 1972 begon ze als verpleegkundig directeur in het Dijkzigt ziekenhuis in Rotterdam, nu het Erasmus Medisch Centrum. In 1975 vroeg men haar als secretaris van de Centrale Raad, nu de Raad voor Volksgezondheid & Zorg (RVZ). Ook hier was haar echter geen lang leven beschoren en nam zij ontslag omdat zij vond dat ze te veel tegenwerking van sommige specialisten ondervond. Van 1974 tot aan haar pensionering in 1985 was zij secretaris voor de Vaste Commissie Verpleging van de toenmalige Centrale Raad voor de Volksgezondheid.

<
>

Beantwoord deze vraag en ontdek welke themadossiers voor jou interessant zijn.

De voor jou geselecteerde dossiers verschijnen naast elkaar. Je kunt via het pijltje in de rode balk aan de zijkant van het dossier verder klikken.

Verberg Ontdek wat deze site jou te bieden heeft