De vader van Frederike weigerde toestemming te geven om in het Binnengasthuis te werken. Niet in een gasthuis! Na de verzekering van een nichtje dat in het deftige Burgerziekenhuis allemaal 'kéurige meisjes' uit 'kéurige families' werkten, mocht Frederike daar wel een opleiding volgen. Dat kwam ook omdat de moeder van Frederike dacht dat hun dochter in de praktijk wel snel genoeg zou krijgen van al ‘die malle denkbeelden’. Volgens Frederike Meyboom zelf sterkte die uitspraak haar in haar voornemen om bij tegenstand niet op te geven. Die vastberaden houding had ze nodig, want de praktijk in het ziekenhuis was heel anders dan een jong meisje uit haar kringen gewend was.