Rosa Vecht, of Roosje zoals op haar geboorteakte staat, zag het levenslicht op 18 juli 1881. Haar ouders, Mozes Vecht en Diena van Hamburg, waren orthodoxe joden en woonden in de Beekstraat 38 te Elburg. In het Gelderse vestingstadje woonden in de 19e eeuw diverse Joodse gezinnen, die hun brood verdienden in de manufacturen, de veehandel of in het onderwijs. Er was een actief sociaal verkeer tussen de vaak grote families, waarbij de sjoel het middelpunt was. Rosa groeide op als oudste van 6 kinderen en zal ongetwijfeld de nodige hand- en spandiensten verricht hebben om het grote gezin draaiende te houden.